Jaarlijkse vakantie: tijdelijke werkloosheid wegens collectieve sluiting van de onderneming
Wanneer de jaarlijkse vakantie in een onderneming op collectieve wijze wordt vastgelegd via een collectieve sluiting van de onderneming, kan het voorkomen dat bepaalde werknemers geen (of niet langer) recht hebben op een voldoende aantal betaalde vakantiedagen om de volledige periode van collectieve sluiting te dekken.
Wat dan met hun loon voor deze sluitingsdagen? Kunnen deze werknemers een beroep doen op tijdelijke werkloosheid wegens collectieve sluiting?
Principe
De dagen van collectieve sluiting waarvoor de werknemer geen recht heeft op wettelijke vakantie worden niet gedekt door een vakantiegeld.
Voor deze dagen kan de werknemer in principe tijdelijk werkloos worden gesteld wegens collectieve sluiting zodat hij een uitkering van de RVA kan ontvangen.
Kunnen in principe een werkloosheidsuitkering wegens collectieve sluiting genieten: de werknemers (arbeiders of bedienden) die op basis van hun arbeidsprestaties in het voorgaande jaar onvoldoende vakantiedagen hebben opgebouwd om de volledige sluitingsperiode ingevolge jaarlijkse vakantie van de onderneming te overbruggen. Hetzelfde geldt voor werknemers die hun vakantiedagen reeds volledig of gedeeltelijk hebben uitgeput bij een vorige werkgever.
Voorbeelden
1. Een arbeider heeft op basis van zijn prestaties in 2024 recht op 6 vakantiedagen in 2025. De onderneming sluit in de maand juli gedurende 15 werkdagen.
Voor deze periode kan de arbeider aanspraak maken op:
- een vakantiegeld voor de 6 eerste sluitingsdagen (betaald door het vakantiefonds in de maand mei of juni 2025), en
- een werkloosheidsuitkering ten laste van de RVA voor de 9 volgende dagen.
2. Een bediende heeft het volledige jaar 2024 en tot 31 maart 2025 gewerkt in onderneming A. Bijgevolg heeft hij voor 2025 recht op 20 vakantiedagen.
Voor zijn vertrek heeft hij al 10 vakantiedagen opgenomen. Er blijven dus nog 10 vakantiedagen over.
Vanaf 1 april 2025 werkt hij voor onderneming B die in de maand augustus gedurende 15 werkdagen sluit wegens jaarlijkse vakantie.
De sluitingsperiode wordt als volgt gedekt:
- voor de eerste 10 sluitingsdagen door het (vertrek)vakantiegeld;
- en voor de 5 volgende dagen door een werkloosheidsuitkering ten laste van de RVA.
Opgelet! De werknemer is verplicht om zijn (betaalde) wettelijke vakantiedagen (evenals jeugd- en seniorvakantie) prioritair op te nemen tijdens de periode van collectieve sluiting van de onderneming.
Met andere woorden, de werknemer die vóór de collectieve sluitingsperiode van de onderneming waar hij werkt reeds een deel van zijn vakantiedagen heeft opgenomen bij deze werkgever en daardoor onvoldoende vakantiedagen over heeft om de sluitingsperiode te overbruggen, heeft noch recht op vakantiegeld noch op werkloosheidsuitkeringen voor de sluitingsdagen waarvoor hij geen vakantiedagen meer kan opnemen.
Voorbeeld
Een werknemer heeft recht op 20 vakantiedagen in 2025. Tijdens de eerste helft van het jaar 2025 neemt hij 10 dagen vakantie op. In de maand juli sluit de onderneming wegens jaarlijkse vakantie gedurende 15 werkdagen.
De werknemer maakt aanspraak op vakantiegeld voor de eerste 10 sluitingsdagen van de onderneming. Voor de periode van de 5 resterende sluitingsdagen ontvangt hij noch een vakantiegeld noch werkloosheidsuitkeringen!
Formaliteiten
De werknemer moet:
- Vanaf de eerste effectieve dag tijdelijke werkloosheid van de maand de elektronische C3.2 (controleformulier eC3.2) invullen via de applicatie eC32 (controlekaart) geïnstalleerd op zijn smartphone of via de portaalsite van de sociale zekerheid (https://www.socialsecurity.be);
- De werknemer moet op het formulier alle arbeidsprestaties invullen die hij (voor zichzelf of voor een derde) uitvoert tijdens de periode van collectieve sluiting;
- Op het einde van de maand moet de werknemer de elektronische C3.2 verzenden aan zijn betalingsinstelling.
De werkgever is niet verplicht om de RVA in te lichten over de sluiting van de onderneming wegens jaarlijkse vakantie. Wel moet hij:
- Bij het begin van de werkloosheid een elektronische aangifte (ASR scenario 2) uitvoeren. Deze aangifte laat de RVA toe om het bedrag te berekenen van de uitkering waarop de werknemer recht heeft;
- Na het einde van de maand dan een elektronische aangifte (ASR scenario 5) doen van de uren die de werknemer tijdelijk werkloos is geweest.
Bijkomende toeslag tijdelijke werkloosheid
Sinds vorig jaar is de werkgever (in principe) een bijkomende toeslag van 5,20 EUR (bedrag sinds 1 februari 2025) verschuldigd aan zijn werknemer voor elke dag die wordt gedekt door een tijdelijke werkloosheidsuitkering.
Meer weten?
We merken voor de volledigheid nog op dat er een vergelijkbare regeling bestaat bij collectieve sluiting van de onderneming wegens inhaalrust (voor recent in dienst getreden werknemers). Meer info kan je terugvinden op de gedetailleerde website van de RVA.
Dit bericht delen: