PC 144-145 - Land- en tuinbouw: Protocolakkoord voor de periode 2019-2020
Op 4 juli 2019 werd tussen de sociale partners van de Paritaire Comités voor de Landbouw (PC 144) en voor het Tuinbouwbedrijf (PC 145) een akkoord ondertekend waarin een aantal afspraken werden vastgelegd met betrekking tot de loon- en arbeidsvoorwaarden voor de periode 2019-2020. Deze afspraken gelden voor alle deelsectoren die tot PC 144 en PC 145 behoren.
Alle punten die in dit protocolakkoord zijn opgenomen, zullen in de komende periode verder worden uitgevoerd via cao of op een andere manier.
Koopkracht
Met ingang van 1 juli 2019 worden alle sectorale minimumlonen en effectieve lonen met 1,1% verhoogd. Deze verhoging geldt zowel voor de vaste werknemers als voor het seizoen- en gelegenheidspersoneel.
Verder geldt op de minimumbarema’s een anciënniteitstoeslag van 0,5% per schijf van vijf jaar. Op vandaag geldt deze anciënniteitsverhoging binnen de tuinbouw t.e.m. een anciënniteit van 30 jaar. Er wordt afgesproken om een bijkomende schijf van 35 jaar en 40 jaar toe te voegen. Binnen de landbouw en tuinaanleg geldt een dergelijke verhoging t.e.m. een anciënniteit van 20 jaar. Hier wordt afgesproken om bijkomende schijven te voorzien van 25, 30, 35 en 40 jaar.
Tweede pensioenpijler
Er werd afgesproken de huidige werkgeversbijdrage van 1,87% (incl. 0,05% voor solidariteit) te verhogen tot 2%, dit met ingang van het eerste kwartaal van 2020 en geldend voor onbepaalde duur.
Woon-werkverkeer
Met ingang van 1 december 2020 wordt de tussenkomst van de werkgever in het woon-werkverkeer dat gebeurt met private vervoermiddelen andere dan de fiets, verhoogd van 65% naar 70%. De fietsvergoeding wordt gebracht op 0,24 EUR/km.
Tussenkomst werkgever in het onderhoud van werkkledij
Op vandaag bedraagt de tussenkomst van de werkgever in het onderhoud van de werkkledij van werknemers in de bloemisterij, groenteteelt en de tuinaanleg 3,05 EUR/week, in de fruitteelt 3,67 EUR/week en in de boomkwekerij 3,91 EUR/week. Er wordt afgesproken om met ingang van 1 februari 2020 de bedragen van 3,05 EUR/week te verhogen naar 3,67 EUR/week en met ingang van 1 december 2020 de tussenkomst van 3,67 EUR/week te verhogen naar 3,91 EUR/week.
Cash betaling
Tot 31 december 2021 blijft het mogelijk om voor het seizoenpersoneel het voorschot en het loon bij de maandelijkse loonafrekening in cash uit te betalen.
180 dagen regel
Er wordt afgesproken een aanpassing te voorzien voor de 180 dagenregeling. Hoewel op heden nog niet in voege, gaat het om volgende wijzigingen:
Beperkt tot de eigen onderneming
Aangezien ondernemingen niet de mogelijkheid hebben om na te gaan of een bepaalde seizoenarbeider reeds als vaste werknemer gewerkt heeft in de 180 dagen die voorafgaan aan de aanwerving als seizoenarbeider, wordt afgesproken de toepassing van de 180 dagen regel te beperken tot de eigen onderneming (in de socio-economische betekenis van het woord).
Uitzondering voor contract van bepaalde duur / bepaald werk
Er wordt afgesproken dat wanneer een seizoenwerknemer, na afloop van zijn/haar tewerkstelling als seizoenwerknemer, een contract van bepaalde duur of bepaald werk wordt aangeboden van maximum 6 weken, deze tijdelijke reguliere tewerkstelling buiten beschouwing wordt gelaten bij de toepassing van de 180 dagen regeling. Hierdoor kan de betrokkene binnen de 180 dagen na afloop van het contract van bepaalde duur of bepaald werk naar dezelfde onderneming terugkeren als seizoenwerknemer.
Uitzondering in geval van wettelijk pensioen
Er wordt tenslotte afgesproken dat de 180 dagen regel niet geldt wanneer een vaste werknemer met wettelijk pensioen gaat en nadien in dezelfde onderneming zou willen werken als seizoenwerknemer.
Bijzondere bepalingen voor de tuinaanleg
Vrijwillige overuren
Er bestaat een wettelijke regeling in toepassing waarvan werknemers vrijwillig 120 overuren kunnen presteren. Op vandaag dienen hiervan 95 uren aangerekend te worden op de interne meerurengrens van 143u. Er wordt afgesproken om het aantal uren dat niet wordt meegerekend op de interne meerurengrens op te trekken van 25u naar 36u op jaarbasis. Werknemers die op een vrijwillige wijze overuren willen presteren, dienen elke zes maanden een schriftelijke instemming te ondertekenen. Ondernemingen dienen de akkoorden tussen de werkgever en de betrokken werknemers die in dit verband zijn opgemaakt, neer te leggen bij de voorzitter van het Paritair Comité.
Outplacement
Er wordt afgesproken dat vanaf 1 juli 2019 de bestaande solidarisering van de kosten van outplacement voor werknemers ouder dan 45 jaar à rato 80% alleen behouden blijft voor werkgevers die lid zijn van een werkgeversfederatie. Voor werkgevers die geen lid zijn bij een werkgeversfederatie die in het Paritair Comité vertegenwoordigd is, wordt de solidarisering verminderd tot 50%.
Inkanteling van de sector vlas in PC 144
De vlassector behoort vanaf 1 juli 2019 tot het Paritair Comité voor de landbouw. Volgende afspraken worden hierbij gemaakt:
- De minimum- en werkelijke lonen worden op 1 juli 2019 verhoogd met 1,10%.
- Inzake de tweede pensioenpijler wordt vanaf 1 januari 2020 de premieregeling gevolgd die geldt voor sector landbouw en dit met een inning die verloopt via de RSZ (2%).
- Vanaf 2020 worden ecocheques voorzien à rato van 125 EUR en vanaf 2021 à rato van 250 EUR voor de voltijdse werknemers die gedurende de ganse referteperiode gewerkt hebben.
- Inzake de seizoenregeling die vanaf 1 juli 2019 van toepassing is, wordt het laagste loon van de reguliere werknemers (13,13 EUR per uur) als uurloon afgesproken.
Bron:
Protocolakkoord voor de sectoren landbouw, tuinbouw, tuinaanleg voor de periode 2019 – 2020, 17 juli 2019.
Dit bericht delen: